Als klein grietje van nog net geen 4 jaar kwam jij in mijn leven, ik alleenstaande man kwam jouw moeder tegen en mocht bonusvader worden van twee meiden. In een heel rustig tempo werd je aan mij voorgesteld, kwam je na een paar maanden voor het eerst met mama bij ons slapen en kwamen jullie vervolgens bij ons wonen (en bij je papa). Mama en ik kregen samen ook nog twee kinderen, jouw grote wens kwam uit, een broertje en een zusje
Vakanties, feestjes, alles hebben we samen meegemaakt, hoe groter jij werd hoe leuker wij het samen hadden. Ik moest altijd wel om je lachen (als ik eerst pislink op je was geweest), want je haalde nog wel eens wat uit.
De laatste jaren veranderde je, je werd volwassen, maar je gedrag was niet altijd even volwassen……….. Als je mot met je moeder had apte je mij op vrijdagavond, waar ben je vanavond? Jij wist dat ik dan een biertje dronk met jouw ome Rich of Remco. Hoe vaak ben je niet langs gekomen om toch nog even dat ene wijntje te drinken?
Je kreeg een vriend, een leuke gozer die ook nog eens goed kon werken en met mij mee ging werken. Jullie verdriet heeft mij heel erg geraakt, huilen daar ben ik niet zo van, maar gehuild heb ik.
In jouw laatst levende week hadden we nog even contact over je broer, jij was druk met van alles en nog wat en wij gingen op vakantie. We hebben nog geapt en niet veel later kreeg je moeder het eerste telefoontje, ik mopperde nog wat van “wat nu weer”? Een uur later het tweede telefoontje, nu vloekte ik, wat had je nu uitgevreten?
Je moeder, Wessel en ik reden naar het ziekenhuis, een lange rit waarvan we niet wisten wat we aan gingen treffen. Daar aangekomen wist ik niet wat ik zag en uiteindelijk hoorde, je zal toch niet dood gaan? Je moeder zei tegen mij, die gaat dood Peet, ik zeg nog Nic niet zo negatief, komt goed. Ik dacht aan 1000 andere dingen, denken was bijna onmogelijk maar er gierde van alles door mijn hoofd heen.
Dat weekend, dat vergeet ik nooit meer, je moeder was reëel, maar oh zo verdrietig, je broertje wanhopig, je zus van slag en je kleine zusje……, Pellie what te f@ck! Ik heb nog nooit zo veel gehuild als om jou Pellie, jij die als kleine kanebraaier bij mij binnen kwam (je bijnaam c:) en nu als mooie grote vrouw dood aan het gaan was, dat kon toch niet?
Op dinsdagochtend ging je dood, ik zag je gaan, riep nog tegen je moeder “daar gaat ze” en daar ging je, mijn Pellie……want zo noemde ik je altijd Pellie. Ik heb je nog lieve dingen gezegd, kusjes gegeven en je moeder, zussen en broer op alle mogelijke manieren gesteund. Die avond kon ik het niet opbrengen om jou in het mortuarium te zien, ik ben thuis gebleven met de mensen die daar waren. Mama ging met je broer en zussen en Sylvia heen, dat zat wel goed.
Die hele week was heel bijzonder, al onze lieve vrienden die voor ons kookte, bloemen kwamen brengen en wat al niet meer. Ik ben meerdere keren bij je geweest, kon en kan het nog steeds niet bevatten. Ik zag je liggen, het was zo stil, geen gebleeeeeer, alleen het gezoem van het koelende apparaat dat onder jou lag.
En nu, 7 maanden verder is het moeilijker dan ooit, de avondjes in de kroeg kloppen niet meer, ik wil je appen waar je blijft. De zondagavonden waar wij altijd met ons allen aten, ze zijn akelig stil. De apjes die jij en ik naar elkaar stuurde, hoe het was, maar ook zeker mijn ongenoegen over je gedrag, ze staan allemaal nog in mijn telefoon.
Lieve Pellie, een prater ben ik niet, dat is wel eens onhandig. Het verdriet overvalt mij regelmatig vanuit het niets, als ik ergens sta of ben en diegene vragen mij, hoe is het Peter? Want hoe het nu is, ja dat is moeilijk te zeggen, praten is niet mijn ding, dat moet ik wel en probeer ik ook.
Ik ben dan wel niet jouw biologische vader, maar zoals jij zo lief zei: jij bent mijn bonusvader” En zo is het, ik ben jouw bonusvader en dat zal ik altijd blijven.
Vanavond drink ik in de Wildeman een biertje op jou!
x Peter